Kijk jij in een samenwerking altijd naar wat je kan halen en brengen? En wanneer ga jij de samenwerking aan?
Wij kunnen leren hoe de natuur omgaat met verschillende partners die samenwerken; Symbiose is het langdurig samenleven van twee of meer organismen waarbij de samenleving voor tenminste één van de organismen gunstig of zelf noodzakelijk is. Er bestaan in de natuur 3 types van samenlevingsvormen:
Mutualisme: de samenleving van de organismes is voor beiden gunstig of zelfs noodzakelijk. We spreken van win-win.
Commensalisme: het ene organisme profiteert van het andere organisme, maar dat ondervindt daar geen nadeel van. We spreken van win-neutraal.
Parasitisme: een samenlevingsverband waarbij de één baat heeft bij de relatie (de parasiet) en de ander last heeft van deze symbiotische relatie (de gast). De gast kan goed leven zonder de parasiet, terwijl de parasiet de gastheer vaak echt nodig heeft.
Het is natuurlijk duidelijk dat parasitisme niet wenselijk is in een samenwerking. Maar heb jij wel eens gekeken naar commensalisme? Ben jij bereid om je in te zetten voor een ander zonder dat je er beter van wordt?
Als je langdurig wilt gaan samenwerken, kijk dan goed welke rol iedereen heeft in de samenwerking en welke waardes worden uitgewisseld. Kijk dan naar de verschillende factoren die de samenwerking succesvol maken. Als iemand anders dan profiteert zonder dat jij er nadeel van hebt, ga jij dan de samenwerking aan of hou je het toch bij win win?